Nederlandse Walvisvaart
Na de ontdekking van Svalbard/Spitsbergen door Willem Barentsz in 1596 zou het nog enkele jaren duren, voordat de walvisvaart in de noordelijke wateren rond Groenland en Spitsbergen op gang kwam. In de berichten van de eerste zeevaarders, op zoek naar een noordelijke doorvaart naar de oost, werd melding gemaakt van grote hoeveelheden walvissen in de wateren rond Groenland. Pas na 1600 werden de eerste, puur op de walvisvangst gerichte expedities ondernomen. De in hoofdzaak Engelse en Nederlandse zeevaarders hadden aanvankelijk weinig kennis van vangsttechnieken. Veelvuldig werden Basken, die experts waren op dit gebied, ingehuurd op Engelse en Nederlandse schepen.
|
In het Rijksmuseum in Amsterdam hangt dit schilderij van Abraham Storck (1654-1708). Het toont Nederlandse walvisvaarders aan het werk in het poolgebied.
Links: Tot 1622 zijn er veel Engelse walvisvaarders actief in de wateren rond Spitsbergen. Dit Engelse boek, gepubliceerd in Londen in 1622, toont, dat zij beschikten over een gedegen geografische kennis van het gebied en de technieken van de vangst en de verwerking van de walvissen. Foto gemaakt in Het Scheepvaartmuseum Amsterdam (RDV5830).
|
Spitsbergen
In 1614 werd op de zuidoostpunt van Amsterdamøya (Amsterdam Eiland) begonnen met de bouw van Smeerenburg. Verenigd in de Noordsche Compagnie (1614-1642) bouwden walvisvaarders uit Amsterdam, Enkhuizen, Rotterdam, Hoorn, Delft, Veere en Middelburg, op deze plek uiteindelijk zo'n 8 dubbele ovens, waarin het spek van de in de buurt gevangen walvissen werd gekookt. Hier werd ook de traan verpakt en naar Nederland verscheept. Uit archeologisch onderzoek, onder andere uitgevoerd door het Arctisch Centrum van de RuG, wordt duidelijk, dat Smeerenburg in haar hoogtij-dagen bestond uit ongeveer 17 huizen, die onderdak boden aan zo'n 200 mensen. Voorts was er een smederij.
Deze afbeelding is ook te bezichtigen in Museum Behouden Huys op Terschelling. Het bijschrift daar luidt: "De Nederlanders jagen bij voorkeur op de Groenlandse walvis omdat deze de dikste speklaag heeft (op de rug wel 40 centimeter dik) en hij is door zijn trage bewegingen makkelijk te vangen. Groenlandse walvissen doken na het harpoeneren meestal diep weg en bleven zo lang mogelijk, tot wel drie kwartier, onder water. Als ze dan boven kwamen, waren ze al bijna uitgeput door ademnood en daardoor makkelijk te doden."
Smeerenburg was één van de plekken op Spitsbergen waar de Nederlanders hun traankokerijen hadden om het vet (of smeer) uit het walvisspek te koken. De topografie vertoont een sterke gelijkenis met die in het schilderij van Abraham Storck, maar niet van Smeerenburg op de oostkant van Amsterdam Eiland. Foto van diorama in Museum Behouden Huys, West-Terschelling.
Rechts: Een sikkelvormig walvismes, gebruikt bij het snijden van walvisspek. Fries Scheepvaartmuseum, Sneek. (RDV5430).
Onder: Het verblijf op Spitsbergen was hard en zwaar. De extreme weersomstandigheden, het zware werk en het matige voedsel eisten een zware tol. Vele walvisvaarders keerden dan ook niet in Nederland terug. In het Museum Sorgdrager in Hollum (Ameland) toont men een grafkist, vermoedelijk afkomstig van de begraafplaats bij de Zeeuwse Uitkijk (Utkikpynten) op het Ytre Norskøya.
|
In augustus 2019 vertrok een onderzoeksteam van het Arctisch Centrum (RUG Groningen) naar het eiland Ytre Norskøya voor archeologisch onderzoek naar onder andere de graven van Nederlandse walvisvaarders bij de Zeeuwse Uitkijk. Door de opwarming van de aarde, ook in dit deel van de wereld, dreigt de perma-frost te verdwijnen. Daarmee komen de graven, die in de bevroren ondergrond zeer goed zijn geconserveerd, in gevaar. Lees hier het artikel en het interview met arctisch bioloog Maarten Loonen. Dit artikel "Lijken van Walvisvaarders komen bovendrijven" verscheen o.a. in het Dagblad van het Noorden op 1 juni 2019.
De afbeeldingen op deze vier tegeltableau's zijn afgeleid van prenten uit "De kleine Visserij" van Adolf van der Laan (1690-1742). Fries Scheepvaartmuseum, Sneek. Van links naar rechts: 'Aankomst in het Poolgebied', 'de Walvisvangst', 'Op Reeënjacht' en 'Terugkeer uit het Poolgebied. (RDV5453, 5454, 5455 en 5456).
Drie potvistanden, waarvan er twee zijn versierd met 'scrimshawwerk' (zeemansvolkskunst van onder andere walvisvaarders). Op de linker tand een driemaster met Britse vlag. De tanden zijn geschonken door A. Flonk, Terschelling. Ze zijn in bruikleen van de Ottema-Kingma Stichting tentoongesteld in het Fries Scheepvaartmuseum, Sneek. (RDV5426).
Het einde van de Nederlandse walvisvaart
In de jaren '60 van de vorige eeuw is het gebeurd met de Nederlandse walvisvaart. Hier ligt de Willem Barentsz voor anker in de haven van Kaapstad, Zuid-Afrika. De foto werd gemaakt van de presentatie over de Nederlandse walvisvaart in Museum Behouden Huys op Terschelling.
In de zomer van 2017 was GeoGraphixs op Amsterdamøya. Kijk hier voor de reportage die we voor Noarderljocht maakten over de walvisvaarders op Spitsbergen.
Bronnen en media
In de GeoGraphixs mediatheek hebben we een aantal boeken en kaarten over dit onderwerp:
Smeerenburg Gravneset, Europe's first oil adventure
Kristin Prestvold Longyearbyen, 2001 Wildernis, woongebied en wingewest.
Een geschiedenis van de poolgebieden, door Louwrens Hacquebord, Atlas Contact. De Noordse Compagnie
1614 - 1642 Louwrens Hacquebord Walburg Pers 2014 Walvisvaart in de gouden eeuw,
opgravingen op Spitsbergen L. Hacquebord en W. Vroom Amsterdam, 1988 Daarnaast biedt het internet een grote variatie aan bronnen en tientallen goed bruikbare kaarten en afbeeldingen.
|
Titelfoto: Uitsnede van het olieverfschilderij, gemaakt door Abraham Storck. De titel van het schilderij is: "Walvisvangst in de Poolzee". Drie Hollandse walvisvaarders varen in de Poolzee tussen walrussen en ijsschotsen. De bemanning jaagt op walvissen, terwijl ze zich de ijsberen van het lijf proberen te houden. In Europa was de vraag naar walvistraan sterk gestegen, omdat het een goede vervanger bleek voor plantaardige oliën waar kaarsen, smeermiddelen, lampolie en zeep van werden gemaakt. Bron: Rijksmuseum, Amsterdam. Het tweede schilderij op deze pagina, eveneens van de hand van Storck, draagt de titel: "Walvisvangst bij de kust van Spitsbergen". Dit schilderij is te zien in het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen.