Het zeekleilandschap van Noord-Nederland
In het noorden van de provincies Fryslân en Groningen maak je in feite kennis met de twee landschappen van het Noordelijk zeekleigebied, namelijk het terpengebied van de oudere zeekleipolders en het nieuwe land van het jonge (buitendijkse) gebied, het landaanwinningsgebied.
Het terpengebied van Westergo, Oostergo en Groningen, behoort tot de oudste cultuurlandschappen van ons land. Ooit werden de eerste nederzettingen op de hoogste delen van het gebied gebouwd, op de kwelder- of oeverwallen. Uiteindelijk 'groeiden' die uit tot terpen of wierden. Met de bouw van de zeedijken, verloren de terpen langzaam aan hun functie. Vele terpen werden afgegraven, maar nog steeds vormen hun overblijfselen een wezenlijk kenmerk van dit open landschap. Op de hoger gelegen lichte zeekleigronden worden de fijnste poot- en consumptieaardappelen geteeld, terwijl op de lager gelegen delen de intensieve veehouderij z'n plaats vindt.
Een zelfde soort indeling kunnen we maken voor het zuidwestelijke zeekleilandschap in de provincie Zeeland. De twee landschappen worden hier Oudland en Nieuwland genoemd.
Het terpengebied van Westergo, Oostergo en Groningen, behoort tot de oudste cultuurlandschappen van ons land. Ooit werden de eerste nederzettingen op de hoogste delen van het gebied gebouwd, op de kwelder- of oeverwallen. Uiteindelijk 'groeiden' die uit tot terpen of wierden. Met de bouw van de zeedijken, verloren de terpen langzaam aan hun functie. Vele terpen werden afgegraven, maar nog steeds vormen hun overblijfselen een wezenlijk kenmerk van dit open landschap. Op de hoger gelegen lichte zeekleigronden worden de fijnste poot- en consumptieaardappelen geteeld, terwijl op de lager gelegen delen de intensieve veehouderij z'n plaats vindt.
Een zelfde soort indeling kunnen we maken voor het zuidwestelijke zeekleilandschap in de provincie Zeeland. De twee landschappen worden hier Oudland en Nieuwland genoemd.
De grotendeels weggegraven terp van Easterbeintum (Oosterbeintum). Meer over deze terp en die van het nabijgelegen Hegebeintum vind je hier.
Hieronder: Het buitendijks gelegen Noarderleech, waar zee langzaam verandert in land. De percelen langs de zeedijk (op de voorgrond, staan slechts een paar keer per jaar onder water. Aan de zeekant verdwijnen ze om de twaalf uren onder water.
|
De akkers van het Friese kustgebied worden beschermd door de zware zeedijk. Het gebied ten noorden, het buitendijkse Noarderleech, overstroomt nog regelmatig. Op de foto zijn in het Noarderleech enkele dobben te zien, die het grazende vee van drinkwater voorzien. De dobben zijn omringd door kleine dijkjes om te voorkomen, dat er bij overstroming zeewater in de dobbe stroomt.
|
Het buitendijks gebied van het Noarderleech, kijkend in de richting van Ameland.
Elf duizend jaar geschiedenis van het Fries-Gronings kustgebied in kaart
Deze serie kaarten laat de ontwikkelingsgeschiedenis zien van het Fries-Groningse kustgebied, vanaf het einde van de laatste ijstijd, zo'n 11.000 jaar geleden, tot aan het jaar 2000. Een selectie van deze kaarten werd eerder gebruikt tijdens tijdelijke tentoonstellingen bij de archeologische onderzoeken in de terpen van Blitsaerd en Sotterum. De kaarten maken momenteel deel uit van de expositie in Museum Wierdenland in Ezinge. De kaarten zijn vervaardigd door P.C. Vos en S. de Vries onder de titel "2e generatie paleogeografische kaarten van Nederland (versie 2.0)" en in 2013 gepubliceerd door Deltares, Utrecht.
Bronnen en Media
titelfoto: de afgegraven terp van Easterbeintum in het noorden van Fryslân.